Reflecteren kunstbeschouwend

“Back to the future”

Wanneer je wilt weten wat een kunstwerk betekent, ‘moet’ je ook ook weten waar het vandaan komt. Begrijpen waarom dingen hangen waar ze hangen en eruitzien zoals ze eruitzien. Begrijpen wat eraan de hand is. Kunstenaars werken niet in het luchtledige. Ze willen ook hun brood verdienen en zien wat er om hen heen gebeurt. Ze maken keuzen. Dat is een actief proces dat zich in een context afspeelt. Persoonlijke contacten, de plek waar ze wonen en leven, gevoeligheden… Achter iedere afbeelding  of kunstwerk zit een eigen verhaal. Schilderijen en werken zijn nu eenmaal niet gemaakt om aan een muur in een museum te hangen of er te staan. Wanneer je dat verhaal tot leven brengt, zie je dat er bijna altijd wel vergelijkingen zijn te trekken met nu. We putten nu vaak uit kennis die is opgebouwd door de jaren heen, waardoor we ook kunnen achterhalen hoe de lijn naar nu loopt. In die zin vormen kunstwerken bouwstenen voor het kijken naar de toekomst.

Regelmatig is er de vraag: is het nodig om iets te weten van kunstgeschiedenis?

Doet in de handel 2,7 miljoen euro, de kunstenaar zelf houdt er 12.500 over aan de verkoop.

Michaël Borremans doet in de handel 2,7 miljoen euro, de kunstenaar zelf houdt 12.500 euro volgrecht over aan de verkoop.

De markt bepaalt toch wat kwaliteit is en wat waardevol. Neem nu de Nederlandse overheid die 80 miljoen betaalt voor de helft van een koppel. Terwijl Belgïe een Ensor voor goud geld verkoopt aan het Midden Oosten. Dat is van alle tijden. In de 18e eeuw waren de Vlaams-Nederlandse werken ons belangrijkste export product. Rubens en Rembrandt zetten beider landen op de kaart, zoals nu Johan Kruijff en Armin van Buren. Wat vandaag in is, is morgen uit en overmorgen weer in. Denk aan de hype rondom Jeroen Bosch of de herwaardering van Rinus Van de Velde. Dat heeft er ook alles mee van doen dat heden en verleden in wisselwerking staan met elkaar.

bloem

Zoemmmmm, Hé, wat rustiger aan, dit is een bloemstilleven.

In den beginne draait het om de objecten zelf. Kijken is de basis. En echt kijken moet je echt leren. Bij een beeldbeschrijving, een beeldboodschap, probeer je middels een aantal vragen en antwoorden de drie invalshoeken vorm, inhoud en functie met elkaar samen te laten vallen. De morfologie van het beeld, de iconografie en de kunsthistorische en kunstfilosofische context.  Waarom is dit beeld gemaakt, in die bepaalde tijd, op die bepaalde plaats, door die kunstenaar en diens opdrachtgever? En natuurlijk, wanneer je goed kunt kijken, heb je daarvan in je werk als praktiserend kunstenaar heel veel profijt. Toegepaste kleurenleer, anatomie, perspectief. Daarom stimuleren musea tegenwoordig ook het actief (na)tekenen van de de werken. Het brengt  mensen in een flow en haalt hen uit een kramp.

Invalshoeken voor reflectie

  1. Kunst, religie en levensbeschouwing
  2. Kunst en esthetica
  3. Kunstenaar en opdrachtgever: politieke en economische macht
  4. Kunst en vermaak
  5. Kunst, wetenschap en techniek
  6. Kunst intercultureel
  7. ambachtelijk en industrieel
  8. amusement en engagement
  9. autonoom en toegepast
  10. digitaal en analoog
  11. feit en fictie
  12. herkenning en vervreemding
  13. individueel en coöperatief
  14. lokaal en globaal
  15. schoonheid en lelijkheid
  16. traditie en innovatie


bovenhelftonderste-helft

[Onderdeel ‘eigen model’ rondom ‘Kunst in het openbaar, kunsteducatieve benaderingen en kunstwaardering’. ]

bullot-2bullot-3

Vormgegeven wereld

Beeldelementen. Kunstbeschouwing. Abstract, compositie, Tekenen, Kunststoffen, Keramiek, Structuren. Over inspiratie, innovatieve technieken en materiaalgebruik. Videoseries Arttube en Kennisnet. Mieke van Os.

Kunst links

Links en bronnen kunsteducatie. Miekevanos.com . Kunstschakel.

Waardering en engagement

Waardering en engagement. Persona’s in cultuureducatie. Persona-typologieen en kunsteducatieve benaderingen. miekevanos.com . Kunstschakel.nl