Spelbord De Grote Rembrandt

Les 5: Spel De Grote Rembrandt: inbreng input en samenbrengen verschillende boeken in samenhang

//www.thinglink.com/card/998355373586907137

[ klik op de link en op F11 om het spel groot zonder werkbalken op het scherm te hebben]

SPELREGELS DE GROTE REMBRANDT

In de afsluitende blokles spelen de leerlingen het spel met elkaar en brengen de informatie die ze hebben gevonden in in het spel. Op het spelbord zijn pointers opgenomen. Komt een speler op een pointer (een vak met een rondje) dan popt een vraagstelling op. De leeskring die bij de genoemde speelkaart hoort, brengt in een korte presentatie haar bevindingen in. Leerlingen kunnen om toelichting vragen of aanvullingen geven. Al spelend en besprekend ontstaat een rijk beeld.vrij associeren

De Grote Rembrandt spelbord basis. Fictie literatuur. Mvomieke

 

 

 

Doelen van deze les:

  • Leerlingen herkennen de genres.
  • Leerlingen ‘beoordelen’ = delen gedachten over relaties tussen teksten – de boeken –  zoals overeenkomsten en verschillen op basis van de input van de spelkaarten.
  • Leerlingen kunnen onbekende woorden, tradities, gewoonten en beeldspraak – welke naar voren komen tijdens het spelen van het spel  – toelichten en omschrijven.
  • Leerlingen geven een vloeiende compacte presentatie op basis van de verzamelde informatie in de eigen leeskringgroep. (Geven passende  voorbeelden, toepassen korte eenvoudige zinnen, signaalwoorden en verwijswoorden.
Iedere groep is expert op één boek en brengt die kennis in tijdens het spel op basis van de spel-opdrachtkaarten.
Ininfo ttroductie 10’: proces: activeren klassikaal

De vier achterliggende weken hebben de leerlingen gewerkt aan hun leesdossiers en opdrachtenkaarten. De leerlingen hebben samen de ‘vulling’ van het spel gemaakt vanuit verschillende invalshoeken. Wanneer de pion op een speelvak komt,  brengt de leeskring als groep haar spelinhoud in (gemaakt op basis van de opdrachtkaarten). Zoals de schrijvers van de boeken betekenis hebben gegeven aan de verhalen in hun teksten en tekeningen, zo gaan de leerlingen dat nu op hun beurt doen als lezers van de boeken.  Samen hebben de leerlingen veel informatie bij elkaar gebracht. Zo maken ze aan de hand van de zes verschillende boeken nu elkaar tijdens het spel tot Rembrandt-expert.

Uitleg spelregels en projectie spelbord. Achter de pionnen staan als spelers:

  • Groep: 1-2 Het Geheime schilderij van Rembrandt / Typex
  • Groep: 3: Lyrisch van Rembrandt (dichtbundel)
  • Groep:4: De schilder en het meisje (young adult)
  • Groep: 5: Het meisje van de Nachtwacht (roman)
  • Allen: Het mysterie van de Nachtwacht (avonturenroman)
Kern 50′: proces: klassikaal samenwerken: spel spelen met spelinbreng / presentaties door de leeskringen  +
Groepsgesprek 20′:  proces: naar aanleiding van pointers: activerend transfer

Verbindingsvraag: waarom geven schrijvers vaak zoveel details en uitvoerige beschrijvingen van de personen en gebeurtenissen?

 

Paspoortvak:

Levenskaartvak:

In het verlengde van de presentaties krijgen leerlingen de vraag:  zijn de leerlingen een aantal zaken tegengekomen die nu niet meer bestaan, zoals beroepen, voedingsmiddelen, verenigingen…

Om over na te denken: wat zijn objecten, beroepen, gewoonten of uitdrukkingen uit de huidige tijd waarvan de leerlingen denken dat ze over 20 jaar tot 100 jaar niet meer bestaan?

Verhaalvak / Stripvak:

In het verlengde van de presentaties volgt een kort groepsgesprek: gelden de punten waarop je bij een strip let ook voor een boek? [Een lijstje met criteria maken op het whitebord].

Om over na te denken: wat vinden de leerlingen: past een strip binnen literatuur- en leesonderwijs, waarom wel en / of waarom niet?

Portretvak:

Speelkaart Portretvak De schilder en het meisje (schets personage en tekenen)

Als deze kaart wordt gespeeld brengt de leeskring in hoe de personages in het boek tot leven zijn gekomen. De anderen reageren hierop vanuit hun boek. Wat valt de leerlingen op als ze hun eigen karakterschets van Rembrandt plaatsen naast die van de voorgedragen schets?  Wat valt op als je de  tekeningen op basis van die schets met elkaar vergelijkt? Komt dat overeen met eenieders eigen voorstelling die de leerlingen hebben gemaakt op basis van het eigen leeskringboek of op basis van wat de leerling misschien al wist?

Om over na te denken: waardoor komen die overeenkomsten of verschillen?

In het verlengde hiervan volgt een kort groepsgesprek: waarom maken kunstenaars vaak portretten in de 17e eeuw? Van wie werden vooral portretten gemaakt? Is identiteit een vaststaand gegeven of is deze veranderlijk?

Om over na te denken: hoe ziet jouw eigen identiteit er over 10 jaar uit? Of hoe zag die er 5 jaar terug uit?

Dichtvak :

Afsluiting 10’

Gevoelswoorden flap leerlingen / whitebord: ik vond het …, omdat….

Leerlingen kunnen hun leesdossiers aanvullen met gegevens uit het spel. Desgewenst kunnen de leerlingen één van de andere boeken lezen voordat de boeken terug gaan naar de bibliotheek.